Salvador Dalí: Dagboek 1919-1920 |
||
Mijn impressies en persoonlijke herinneringen Uit het Catalaans vertaald 270 pagina’s, geïllustreerd Lees de eerste pagina's (PDF) Niet meer bij de boekhandel. |
||||||
Recensies |
||
'Uit het boek blijkt welk scherpzinnnig observator Dalí op jonge leeftijd al was en hoe goed hij naast schilderen kon schrijven. Aandoenlijk is hoe hij zonder schroom poëtische bespiegelingen over radeloze kalverliefdes afwisselt met felle pro-communistische propaganda.' 'Elke Dalí-liefhebber zal dit boekje verslinden, maar ook de sceptici kunnen er wat van opsteken. Hoe ouder Dalí werd, des te arroganter kwam hij bij velen over. Dit vlot leesbare dagboek is ontwapenend en misschien wel het enige geschreven document waarin Dalí zonder omwegen vertelt wat hem bezighoudt. Een belangrijk stukje in de puzzel van het geniale fenomeen.' 'De zon schijnt volop in dit dagboek. Het belicht vrolijk het dagelijks leven op zijn schilderachtigst, op school in Figueras en tijdens de vakanties aan de kust van Cadaqués. Tussen al zijn verslagen door van de lokale en de wereldpolitiek en van zijn huiswerk, zijn er altijd weer genoeg nieuwsgierige meisjesogen die een Dalídagje lustig deden schitteren. ('Dezer dagen vond ik alles heerlijk voluptueus')' 'Dalí voelde zich in 1962 ontmaskerd door de publicatie van een dagboekfragment. Nu we in een prachtige uitgave meer uit die schoolschriften kunnen lezen, is het duidelijk dat zelfs de geniale Dalí iets over het hoofd had gezien, namelijk dat hij in deze dagboeken al een echte schrijver was. Zijn talent was zo groot dat hij er geen mythe omheen had hoeven bouwen. Wat een beeldende stijl had deze schooljongen al op zestienjarige leeftijd.' 'Voor de talloze Dalí-fanaten (door de meester zelf 'dalinianen' genoemd), die niets liever willen dan mee te gaan in de mytologie rondom de figuur en die elk stukje doek en elke snipper papier als een fetisj behandelen, is de publikatie van de dagboeken een mijlpaal. Maar ook voor de minder gekken onder ons is het een aantrekkelijk boek. Voor het eerst krijgen we hier een blik op Dalí's leven dat nog niet bedorven is door mytomanie. Deze dagboekcahiers zijn geschreven in onverdachte tijden en bieden ons wat Het geheime leven beloofde: autenticiteit.' |
||